Wim De Cauter Beschouwingen

Het werk van Wim De Cauter bevindt zich op het snijpunt tussen techniek en fantasie, ingenieurskunst en escapisme, vakmanschap en droomproductie. Zoals Panamarenko een leerling is van de vliegtuigenbouwer da Vinci, zo is De Cauter tegen wil en dank een geestesgenoot van Panamarenko. Zijn beeldhouwkunst gaat altijd over in mechanica en omgekeerd: zijn tuigen zijn altijd al onderweg om beeldhouwwerken te worden. Deze dubbele aanleg tussen kunstenaar en (zijn latere opleiding tot) mechanicus, grijpt ook dieper.

Bijna al zijn werken zijn metamorfoses: een automobiel wordt een rog die overgaat in een vrouwenkont, een geologisch proces uit grotten wordt een designobject, plantenstammen worden harnassen, machineonderdelen lichtende cultuurtotems. Deze overgang van natuur naar cultuur en terug, geeft zijn werk iets sprookjesachtig: ‘toen de machines nog spraken…’ Zijn werken bevinden zich bewust in de dromerige schemerzone van de kinderlijke, verbaasde omgang met de wonderen der techniek. Zoals de techniek spreekt van (heropstanding van) de natuur. Utopie van de naadloze eenheid van natuur en techniek, mens en machine, droom en realiteit.

Le Sous-marin Sauvage

le sousmarin sauvage Wim De Cauter

De Sous-marin sauvage bestaat uit twee aan elkaar gelaste, oude verroeste roeiboten. Ook dat is een metamorfose: niet alleen de omvorming van twee bovenwatertuigen om te vormen tot een onderwatertuig, maar ook de omvorming van overschot, van oud tuig, van twee wrakken tot een totaal nieuw, poëtisch tuig is een gedaanteverwisseling. Het is een vis. Natuurlijk. Zijn ogen zijn vanzelfsprekende patrijspoorten. De vis is altijd een organische duikboot geweest en de duikboot altijd al een mechanische vis. Bij De Cauter wordt deze archaïsche, voorwereldlijke laag van de techniek volop en steeds op een andere wijze aangeboord. Elk werk stamt tegelijk uit de Oertijd en uit de science fiction… Ook de Sous-marin sauvage is eerder dan een wilde, een barbaarse duikboot – sauvage staat hier eerder voor primordiaal en primitief dan voor gevaarlijk of ongetemd.

Elk voertuig, zeker een onderwater tuig, is ook een vluchttuig. Ondergronds gaan in het water… de duikboot als uitvlucht. Weg zijn… Vluchten kan men niet alleen door zich te verplaatsen maar ook door te verdwijnen, door op te gaan in de achtergrond, door onzichtbaar te worden. Dit thema, of deze techniek, van de camouflage zien we ook in andere werken zoals de meteorenrijder, een voorhistorische kosmonaut als houten klaas-ridder, vermomd in brons.

De Sous-marin sauvage vormt een drieluik met een auto als rog met vrouwenkont (de erotomobiel) en een zweefvliegtuig gebouwd uit takken, le planeur sauvage, een soort van tarzan-versie van een sportvliegtuig (het tuig kwam ook bijna van de grond op een helling). Helaas heeft dit werk de tand des tijds (en de hellingen) niet doorstaan. De erotomobiel uit polyester bestaat nog en de duikboot kan mee voor de eeuwigheid. Als kunstwerk. Op een rode sokkel.

 

De familie Antigny

Wim De Cauter De familie Antigny

Deze 5-koppige surrealistische beeldengroep is gerealiseerd onder de Franse Markt (mijn open atelier) te Koolskamp. 
De beeldengroep dankt zijn naam aan de vindplaats van de stenen kop van Antigny , naast het plaatsje St-Savin nabij Poitiers.
Deze versteende hallucinatie verbeeldt de familie Antigny met St Savin uit 1096.
De familie leefde op het toch wel sprookjesachtig boerderij-kasteel Boismorand dat ligt op de idyllische blauwe rivier La Gartempe.
De dialectiek tussen herinnering en vergeten zit heel prominent vervat in mijn nostalgie voor de oudheid (De Oorsprongen).
Thema's als liefde, seksualiteit, relaties, ouderschap, identiteit, vergankelijkheid, waanzin, onmacht en strijd; Verdringing of Sublimatie !
Lijkt de geschiedenis van het mensdom soms niet veel op de geschiedenis van onszelf ?

Voor de toeschouwer mag deze installatie  gezien worden als een archeologische vondst, waarbij niet alleen veel aandacht besteed werd aan de grafische vorm van ieder beeld, maar ook aan ieder detail van het oppervlak : 'de textuur'.

 

De Sjamaan en de dood

Wim De Cauter De sjamaan en de dood

De Dood bestaat niet. Er bestaan alleen doodsangst en een diepgewortelde angst voor de doden.  Doden  moeten  vereerd worden.
Oorspronkelijk was de verering van de doden een bezwering: zoals  borelingen buitenaardse wezens zijn die moeten  opgenomen worden in de gemeenschap
door het doopritueel zo moeten de doden door rituele handelingen overtuigd worden dat ze niet meer onder de mensen horen, maar in het dodenrijk  als voorouders die de mensen moeten beschermen.
Het lijk, een tussenstadium tussen levend wezen en voorouder, is een bedreiging die door offergaven en verering wordt bezworen
De voorouders zijn symbool van de traditie die van hand tot  hand wordt overgedragen. De sjamaan, de tovenaar, is de bemiddelaar tussen het rijk van de geesten ( de natuurgeesten zowel als die van de voorouders ). Hij is de acteur die in zijn extase en zijn dansen een soort van acting out doet en zo therapeutische rituelen uitvoert voor de gemeenschap. De  politieagent voert ook vreemde rituele handelingen uit. Met koele krijtlijnen tekent hij de contouren van lijken ( verkeersslachtoffers bijvoorbeeld ) en geeft ze zo een plaats in  een berekende kosmos. Misschien is het daarom dat het silhouet van een afgelijnd lijk, wanneer het rechtop wordt geprojecteerd, op een dansende sjamaan lijkt, een indiaan die een dodendans uitvoert, een verbindingspersoon tussen het dodenrijk en het rijk van de levenden.

 

De Tempel van de Verlichting

Wim De Cauter tempel der Verlichting DE TEMPEL VAN DE VERLICHTING IS EEN FANTASIE- ARCHITECTUUR IN EEN TUIN OF EEN PARK,
EEN UITGEROKKEN TEMPEL UIT VERLICHTINGSPALEN
MET BOVENAAN IN HET TIMPAAN EEN BLAUWE PLANEET
EN IN HET MIDDEN EEN SLOOPHAMER

Uitgevoerd als maquette in diverse schaalgroottes, zijn dit schaalmodellen van een onbeschrijflijk icoon van onze beschaving.
12 verlichtingspalen, meer dan 16 meter hoog, zoals men ze langs de autosnelwegen aantreft, vormen de zuilen van een uitgerokken
Griekse Tempel. Het timpaan bestaat uit een aluminiumkonstruktie en met als ornament een bol. Een knipoog naar de
"blauwe planeet"  Binnenin de tempel staat een sloophamer, symbool van vernietiging, roofbouw, afgedankt zijn, afbraak …
Het is een elegant bouwwerk met een verwijzing naar het verleden, gebed in een actuele problematiek.
Er is de keuze van de verlichtingspalen, symboliek van de autosnelwegen, de brede lopers van de vooruitgang.
De Kleine Verlichting gaat een verbinding aan met de Grote Verlichting, die de rede en de vooruitgang hoog in het vaandel schreef.
Het geheel rust op een betonnen sokkel met trappen.

 

wil je terug naar de vorige pagina, klik dan hier

 

 

 

 

 

 

ntitled Document